Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;
Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;
H to show hint;
A reads text to speech;
52 Cards in this Set
- Front
- Back
Inductief argument |
Op basis van frequenties/statistische gegevensbestand |
|
Abductief argument |
Op basis van een plausibele verklaring modus |
|
Modus ponens |
Als p, dan q. P. Dus q |
|
Modus Tollens |
Als p dan q. Niet q dus niet p |
|
Modus Tollens |
Als p dan q. Niet q dus niet p |
|
Categorisch syllogisme |
Alles wat f is is ook g. X is f. Dus x is g |
|
Modus Tollens |
Als p dan q. Niet q dus niet p |
|
Categorisch syllogisme |
Alles wat f is is ook g. X is f. Dus x is g |
|
Disjuncties syllogisme |
Of p of q. Niet p. Dus q |
|
Modus Tollens |
Als p dan q. Niet q dus niet p |
|
Categorisch syllogisme |
Alles wat f is is ook g. X is f. Dus x is g |
|
Disjuncties syllogisme |
Of p of q. Niet p. Dus q |
|
Hypothetisch syllogisme |
Als p dan q. Als q dan r. Dus als p dan r |
|
Modus Tollens |
Als p dan q. Niet q dus niet p |
|
Categorisch syllogisme |
Alles wat f is is ook g. X is f. Dus x is g |
|
Disjuncties syllogisme |
Of p of q. Niet p. Dus q |
|
Hypothetisch syllogisme |
Als p dan q. Als q dan r. Dus als p dan r |
|
Constructief dilemma |
Of p of q. Als p dan r. Als q dan s. Dus ofwel s ofwel r |
|
Bevestigen van het gevolg |
Als p dan q. Q. Dus p. Niet waarheidsbehoudend |
|
Enthymema |
Ongeldig argument wat geldig wordt als je er een extra premisse aan toevoegt |
|
Empirische vraag |
Zo is het antwoord |
|
Conversiefactoren |
Dingen die nodig zijn om middelen om te zetten in capabilities |
|
Utilitarisme |
Wat is moreel juist om te doen |
|
Consequentialisme |
Een handeling is moreel juist dan en slechts dan als die handeling tot de algeheelbeste uitkomst leidt |
|
Handelingsutilitarisme |
Handeling maximaliseert de totale som van persoonlijk goed |
|
Regel utilitarisme |
Handeling maximaliseer de totale som van persoonlijk goed |
|
Normatieve vraag |
Moeten zijn antwoord |
|
Only goodness principe |
De mate waarin een situatie goed is |
|
Consequentialisme |
Beleidsmakers moeten het beleid kiezen dat over het algemeen genomen de beste uitkomst geeft |
|
PaternalismeHedonis |
Bemoeienis van een overheid tegen de wil van een individu |
|
Hedonisme |
Hoe goed iemands leven is verlopen: aangename-onaangename ervaringen |
|
Capability |
Mate waarin je vrij bent om iets te bereiken, als je daarvoor kiest |
|
Anti paternalismeab |
Mensen mogen grotendeels zelf beslissen wat voor hen een goed leven is |
|
Absolute armoede |
Ergens niet genoeg van hebben |
|
Relatieve opvatting |
Als je aanzienlijk minder hebt dan anderen |
|
Formele eerlijkheid |
Dezelfde regels voor iedereen |
|
Substantiële eerlijkheid |
X doet 1 en wordt geschorst. Y doet 1 en wordt niet geschorst. |
|
Formele eerlijkheid |
Dezelfde regels voor iedereen |
|
Priotarisme |
Hoe minder pg een persoon heeft, hoe beter het is als die persoon een extra eenheid pg krijgt |
|
Sufficientarisme |
Wat is moreel juist om voor mij/een beleidsmaker te doen |
|
Reddingsregel |
Je bent moreel verplicht iemand te redden |
|
Pluralitietregel |
Meeste eerste plaatsen |
|
Meerderheidswinnaar |
Meerderheid eerste plaatsten |
|
Substantiële eerlijkheid |
X doet 1 en wordt geschorst. Y doet 1 en wordt niet geschorst. |
|
Globale eerlijkheid |
Verdeling van middelen, rechten, plichten, kansen |
|
Lokale eerlijkheid |
Salaris, huisvesting, water |
|
Objectieve eerlijkheid |
In termen van claims |
|
Subjectieve eerlijkheid nr |
In termen van voorkeuren |
|
Broomeaanse formule |
Eerlijkheid vereist dat claims proportioneel op basis van hun sterkte worden bevredigd |
|
Primair goed |
Wat iedereen nodig heeft om zijn doelen in het leven na te streven |
|
Egalitaire ideeën Eva |
Theorieën die veel waarde hechten aan gelijkheid |
|
Egalitaire basis idee |
Alle personen zijn gelijk in fundamentele waarde of morele status |