Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;
Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;
H to show hint;
A reads text to speech;
14 Cards in this Set
- Front
- Back
|
Wat is optiek? |
De manier waarop je naar de werkelijkheid kijkt/invalshoek |
|
|
Wat is aandachtsveld van ethische optiek? |
Het goede handelen. |
|
|
Wanneer is een handeling goed? |
Als het menswaardig is. |
|
|
Welke vraag stellen we bij ethische optiek? |
Is ons handelen menswaardig te noemen? |
|
|
Noem 2 kenmerken van ethische optiek. |
1. Stelt een norm voor. - Wij behoren menswaardig te handelen. - Het is een normatieve oriëntatie. 2. Praktisch - Wij behoren het goede in praktijk te brengen. - Praktijk is maatgevend. - Handelingsperspectief is onlosmakelijk verbonden. |
|
|
Aan welke werkwoorden zijn ethische uitspraken te herkennen? |
1. Moeten 2. Behoren |
|
|
Wat zijn morele uitspraken? |
Opvattingen over goed/kwaad. |
|
|
Wat is moraal? |
Het geheel van feitelijke aanwezige waarden en normen bij een individu, een bepaalde sociale groepering of de samenleving in zijn geheel. |
|
|
Wat is ethiek? |
Het kritisch nadenken over de moraal, vanuit het oogpunt dat het goede gedaan behoort te worden. |
|
|
Wat zijn waarden? |
Wat mensen belangrijk vinden en willen nastreven. Abstracte voorstellingen, zoals ideeën of principes. Geen concreet gedrag. |
|
|
Wat zijn normen? |
Bepaalde verwachtingen over het gedrag van mensen. Concreet gedrag. |
|
|
Maak de zin af. "Een norm werkt als ..." |
... een maatstaf om ons gedrag te beoordelen. |
|
|
Wat is cultuur? |
Het geheel aan opvattingen, voorstellingen, waarden en normen die mensen zich als lid van de samenleving hebben verworven d.m.v. leerprocessen die van grote invloed zijn op hun gedrag in ruimere zin. |
|
|
Wat beïnvloedt de cultuur van een groepering? |
Concreet morele gedrag van individuele mensen. |
