Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;
Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;
H to show hint;
A reads text to speech;
14 Cards in this Set
- Front
- Back
|
Musculatuur van de hand: Thenarspieren |
M. abductor pollicis brevis M. adductor pollicis M. flexor pollicis brevis M. opponens pollicis |
|
|
Musculatuur van de hand: Hypothenarspieren |
M. aductor digiti minimi M. flexor digiti minimi M. opponens digiti minimi M. palmaris brevis |
|
|
Musculatuur van de hand: Middenhandspieren |
Mm. lubricales I-IV Mm. interossei dorsales I-IV Mm. interossei palmares I-III |
|
|
M. abductor pollicis brevis |
O os scaphoideum, retinaculum musculorum flexorum I basis van de proximale falanx van de duim (via het radiale sesambeen) F duimzadelgewricht: abductie duimbasisgewricht: flexie N n. medianus (C6,7) |
|
|
M. adductor pollicis |
O caput transversum: palmair vlak van het 3e middenhandsbeentje caput obliquum: os capitatum, basis van het os metacarpi II I basis van proximale falanx van de duim (via het ulnaire sesambeen) F duimzadelgewricht: adductie, oppositie duimbasisgewricht: flexie N n. ulnaris (C8-Th1) |
|
|
M. flexor pollicis brevis |
O caput superficiale: retinaculum musculorum flexorum caput profundum: os capitatum, os trapezium I basis van de proximale falanx van de duim (via het radiale sesambeen) F duimzadelgewricht: flexie, oppositie duimbasisgewricht: flexie N n. medianus (C6-Th1, caput superficiale) n. ulnaris (C8-Th1, caput profundum |
|
|
M. opponens pollicis |
O os trapezium I radiale rand van het 1e middenhandsbeentje F duimzadelgewricht: oppositie N n. medianus (C6,7) |
|
|
M. abductor digiti minimi |
O os pisiforme I ulnaire basis van de proximale falanx en dorsale aponeurose van de 5e vinger F basisvingergewricht pink: flexie, zijwaarts spreiden van de pink (abductie) Midden/eindgewricht pink: extensie N n. ulnaris (C8-Th1) |
|
|
M. flexor digiti minimi |
O hamulus ossis hamati, retinaculum musculorum flexorum I basis van de proximale falanx van de 5e vinger F basisvingergewricht pink: flexie N n. ulnaris (C8-Th1) |
|
|
M. opponens digiti minimi |
O hamulus ossis hamati I ulnaire rand van het 5e middenhandsbeentje F trekt het os metacarpi naar palmair (oppositie) N n. ulnaris (C8-Th1) |
|
|
M. palmaris brevis |
O ulnaire rand van de palmaire aponeurose I huid van de hypothenar F spant de palmaire aponeurose (beschermfunctie) N n. ulnaris (C8-Th1) |
|
|
Mm. lubricales I-IV |
O radiale zijden van de pezen van de m. flexor digitorum profundus (verplaatsbare origo) I dorsale aponeurose vinger 2-5 F basisgewrichten vinger 2-5: flexie midden/eindgewrichten 2-5: extensie N n. medianus (C8-Th1, mm. lubricales I+II) n. ulnaris (C8-Th1, mm. lubricales III+IV) |
|
|
Mm. interossei dorsales I-IV |
O tweehoofdig, vanaf de naar elkaar toegekeerde zijden van de ossa metacarpi I-IV I dorsale aponeurose van vinger 2-4, basis van de proximale falanx radiale zijde van falanx proximalis vinger 2+3 ulnaire zijde van falanx proximalis 3+4 F basisgewrichten vinger 2-4: flexie midden/eindgewrichten 2-4: extensie, spreiden van de vingers (abductie van 2e en 4e vinger van de middelvinger af N n. ulnaris (C8-Th1) |
|
|
Mm. interossei palmares I-III |
O I: ulnaire zijde 2e middenhandsbeentje II: radiale zijde 4e middenhandsbeentje III: radiale zijde 5e middenhandsbeentje I dorsale aponeurose en basis van de proximale falanx van de respectieve vinger F basisgewrichten vinger 2/4/5: flexie Midden/eindgewrichten 2/4/5: extensie, sluiten van gespreide vinger (adductie van 2/4/5 naar middelvinger toe) N n. ulnaris (C8-Th1) |
