Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;
Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;
H to show hint;
A reads text to speech;
57 Cards in this Set
- Front
- Back
Hoofdstuk 1
Tijdens de vroege volwassenheid verkeren de cognitieve vermogen op het toppunt van hun kunnen geld ook voor |
het lichamelijk functioneren
|
|
De lichamelijke ontwikkeling en rijping is in het begin van de vroege volwassenheid (20) voltooid.
de meeste mensen zijn dan op het hoogtepunt van hun: |
lichamelijke mogelijkheden
|
|
De veroudering is ingezet maar deze is meestal
|
pas op latere leeftijd zichtbaar
|
|
Volgens jolles en crone is bij het bereiken van de top (hersenen) de laatste fase van de ontwikkeling bereikt
Adolescenten kunnen complex gedrag vertonen en leren meer rekening houden met de emotionele en sociale gevolgen van hun daden en ze kunnen meer rekening houden met de langetermijngevolgen. Meisjes lopen in het algemeen: |
voor op de jongens met deze ontwikkeling
|
|
Veroudering
|
de natuurlijke lichamelijke achteruitgang die word veroorzaakt door het ouder worden
|
|
De psychomotorische vermogens zijn tijdens de vroege volwassenheid op zijn
|
best. reactietijd is korter, de spierkracht is groter en de oog- handcoordinatite is op zn best
Om onze lichamelijke mogelijkheden volledig te benutten moeten we veel bewegen en gezond eten |
|
De mogelijkheid tot lichaamsbeweging is vaak voorbehouden aan mensen met
|
een hoger of gemiddeld inkomen mensen met een lager inkomen hebben geen tijd of geld
|
|
Regelmatig bewegen levert veel voordelen op:
|
· Verbeterd de conditie van de cardiovasculaire system
· Longcapaciteit neemt toe waardoor uithoudingsvermogen groter word · Spieren worden steeds sterker · Lichaam word soepeler en wendbaarder |
|
Lichaamsbeweging vormt in deze fase ook een goede bescherming tegen
|
osteoporose (botontkalking)
|
|
Gezondheidsrisico’s tijdens de vroege volwassenheid zijn algemeen gering
de kans is groter dat: |
een volwassenen door een ongeluk sterft
|
|
De leeftijd van 35 is een belangrijke mijlpaal vanaf dit moment zijn ziekten en aandoeningen
|
belangrijkere doodsoorzaken dan ongelukken
|
|
Secundaire veroudering
|
lichamelijke aftakeling veroorzaakt door omgevingsfactoren of individueel gedrag
|
|
Culturele factoren hebben niet alleen invloed op doodsoorzaken maar ook op de
|
levenstijl en met de gezondheid samenhangend gedrag
|
|
Richtlijnen van het voedingscentrum
|
· Weinig verzadigde vetten
· Veel groente en fruit · Brood · Vis gevogelte en mager vlees Voedselveiligheid is ook belangrijk |
|
Overgewicht
|
lichaamsgewicht dat 20% boven het gemiddelde ligt voor iemand met bepaalde lengte
Obesitas is een belangrijk maatschappelijk probleem |
|
Anorexia
|
een aandoening van bepaalde mensen die langdurig weinig eten ondanks een hongergevoel, om mager te worden
Twee typen anorexia: · Beperkende type · Purgerende type |
|
Invaliditeit
|
aandoening die een belangrijke activiteit in het leven beperkt.
Handicap kan aangeboren zijn of niet aangeboren (iemand is op latere leeftijd door ongeluk of ziekte gehandicapt geraakt |
|
Stress
|
lichamelijke of emotionele reactive op gebeurtenissen die ons bedreigen of uitdagen
|
|
hoe je met stress omgaat is afhankelijk van gecompliceerd samenspel tussen
|
lichameijke en psychologische factoren
|
|
Ons bestaan wemelt van de gebeurtenissen en omstandigheden die we
|
stressoren noemen
|
|
Stressoren hoeven niet
|
onaangenaam te wezen
|
|
Psycho neuro immunologie
|
onderzoek naar de relatie tussen de hersenen het immuunsysteem en psychologische factoren
|
|
Ze hebben ontdekt dat stress verschillende gevolgen kan hebben
Rechtstreeks gevolg is |
een biologische reactive (versnelde hartslag, verhoogde bloeddruk, zweten)
In sommige gevallen kunnen deze onmiddellijke effecten heilzaam zijn omdat ze het sympathische zenuwstelsel prikkelen tot een noodsituatiereactie waardoor mensen beter in staat zijn zichzelf te verdedigen in bedreigende situaties. Langdurige en voortdurende blootstelling aan stress kan ertoe leiden dat het lichaam steeds slechter in staat is om stress te hanteren |
|
Langdurige en voortdurende blootstelling aan stress kan
|
ertoe leiden dat het lichaam steeds slechter in staat is om stress te hanteren
|
|
Volgens psychologen Arnold lazarus en susan folman doorlopen mensen een aantal stadia waarin ze bepalen of ze wel of geen stress ervaren:
|
1. primaire inschatting;
de betrokkene beoordeelt de gebeurtenis om te bepalen of de gevolgen positief, negatief of neutral zijn 2. secundaire inschatting; antwoord op de vraag kan ik dit aan? inschatting of zijn copingvaardigheden en hulpbronnen voldoende zijn om de dreiging die de potentiele stressor inhoudt het hoofd te bieden Stress varieert met de inschaatting van de betrokkenen die inschatting varieert met het temperament van de betrokkenen en de omstandigheden |
|
Stress varieert met de inschatting van de betrokkenen
|
die inschatting varieert met het temperament van de betrokkenen en de omstandigheden
|
|
Er zijn enkele algemene principles aan de hand waarvan we kunnen voorspellen of een gebeurtenis als stressvol zal worden opgevat
|
· Gebeurtenissen en omstandigheden die negatieve emoties oproepen leiden eerder tot stress dan positieve gebeurtenissen
· Situaties die onbeheersbaar zijn veroorzaken eerder stress dan situaties die beheersd en voorspeld kkunnen worden · Gebeyrtenissen die ambigu en verwarrend zijn veroorzaken meer stress dan situaties die eenduidig en overzichtelijk zijn · Mensen die tegelijkertijd veel taken moeten vervullen die veel van hun capaciteiten cragen zullen wss meer stress ervaren dan mensen die minder te doen hebben |
|
De fysiologische arousel die optreed bij stress leidt tot
|
slijtageslag die op lange termijn allerlei negatieve gevolgen kan hebben
|
|
Het immuunsysteem kan beschadigd worden door stress doordat
|
het immuunsysteem door de aanhoudende stress overmatig geprikkeld word kan het op den duur het lichaam zelf aanvallen
|
|
Stress kan de oorzaak zijn van psychosomatische aandoeningen
Psychosomatische aandoeningen: |
medische problemen die worden veroorzaakt door een interactieve tussen psychologische, emotionele en
lichamelijke problemen. |
|
Coping
|
poging om de dreiging die tot stress leidt te beheersen te reduceren of te leren verdragen.
Sommige mensen passen probleemgerichte coping toe stressvol probleem het hoofd bieden door de situatie rechtstreeks te veranderen waardoor die minder stress heeft Sommige mensen passen emotiegerichte coping toe het bewust wegreguleren van emoties Stress is makkelijker te hanteren als er sociale steun aanwezig is Defensieve coping onbewust strategieen inzetten om de stress te verminderen doet niets aan de situatie |
|
Volgens piaget blijft ons denken vanaf het einde van de adolescentie grotendeels hetzelfde er is steeds meer bewijs voor het
|
tegendeel
|
|
Postformeel denken
Ontwikkelingspsycholoog Gisela labouvie-vief meent dat de aard van het denken wel kwalitatief verandert tijdens de vroege volwassenheid ze stelt dat denken puur op formele operaties is gebaseerd onvoldoende tegemoet komt aan de eisen die aan jong volwassenen word gesteld Ze stelt dat het denken van jong volwassenen zich moet ontwikkelen om met ambigue situaties om te gaan Ze denkt dat jongvolwassenen de paradoxen van de samenleving leren hanteren door ze met behulp van analogen en metaforen met elkaar te vergelijken. Zo raken ze steeds meer vertrouwd met een subjectieve manier van begrijpen. Jongvolwassenen vertonen van wat labouvie-vief ... Noemt |
postformeel denken noemt
|
|
Postformeel denken
|
denken dat rekening houdt met het feit dat hachelijke situaties waarin volwassenen terecht kunnen komen soms op relativerende wijze moet worden opgelost
omvat ook het dialectisch denken, belangstelling en waardering voor argumenten, tegenargumenten en debat. |
|
Volgens psycholoog William perry is de vroege volwassenheid een periode van
|
ontwikkeling en groei waarin het niet alleen gaat om het verwerven van specifieke soorten kennis maar ook van manieren om de wereld beter te begrijpen.
Perry onderzocht de manieren waarop studenten tijdens hun jaren aan de universiteit groeiden in intellectueel en morel opzicht. |
|
Schaie’s stadia van ontwikkeling
Schaie gaat verder waar piaget is gestopt en stelt dat het denken van volwassenen zich volgens een vast patroon van stadia ontwikkeld. hij richt zijn aandacht op de manieren waarop |
informatie tijdens de volwassenheid word gebruikt en niet op de veranderingen in het verwerven en begrijpen van nieuwe informatie
|
|
Schaie’s stadia van ontwikkeling
Schaie gaat verder waar piaget is gestopt en stelt dat het denken van volwassenen zich volgens een vast patroon van stadia ontwikkeld. hij richt zijn aandacht op de manieren waarop informative tijdens de volwassenheid word gebruikt en niet op de veranderingen in het verworvene en begrijpen van nieuwe informatie · |
-Kindertijd en adolescentie
verwervend stadium; informatie die we in deze stadia verzamelen wordt grotendeels opgeslagen voor toekomstig gebruik · Jongvolwassenheid uitvoerend stadium; periode waarin kennis word toegepast op specifieke situaties die te maken hebben met het bereiken van langetermijndoelen op het gebied van cariere, gezin en bijdrage aan de maatschappij · Middelbare leeftijd verantwoordelijk stadium; mensen houden zich vooral bezig met het beschermen en verzorgers van partner, gezin en carriere ondernemend stadium; mensen bekijken de zaken breder waardoor ze meer betrokken raken bij de wereld (niet alle mensen bereiken dit stadium) · Ouderdom reintegratief stadium; aandacht ligt vooral op zaken die persoonlijke betekenis hebben Schaie's visie op cognitieve ontwikkeling wijst ons op het feit dat cognitieve veranderingen aan het einde van de adolescentie niet stoppen zoals piaget meende. Ook tijdens de vroege volwassenheid en in de rest van het leven vinden er belangrijke veranderingen plaats. |
|
Schaie's visie op cognitieve ontwikkeling wijst ons op het feit dat cognitieve veranderingen aan het einde van de adolescentie niet
|
stoppen zoals piaget meende. Ook tijdens de vroege volwassenheid en in de rest van het leven vinden
er belangrijke veranderingen plaats. |
|
Triarchische theorie over intelligentie sternbergs theorie dat intelligentie uit drie belangrijke componenten bestaat;
|
· Compentionele;
mentale aspecten die betrokken zijn bij het analyseren van data die worden gebruikt bij het oplossen van problemen, met name problemen waarbij rationeel gedrag een rol speelt (slim zijn) · experimentele ; de relatie tussen intelligentie, eerdere ervaringen en het vermogen om nieuwe situaties te hanteren. Dit is het inzichtvolle aspect van intelligentie (slim weten te combineren) · contextuele component, de mate waarin mensen kunnen voldoen aan de eisen die ze in het dagelijks leven tegenkomen (slim weten te handelen) traditionele intelligentietests, de tests die een iqscore opleveren, concentreren zich vooral op de componentiele component van intelligentie. Maar er komt steeds meer bewijs dat de contextuele component een veel bruikbaarder maatstaf is, met name als men success bij volwassenen wil vergelijken en voorspellen Volgens Robert sternman is de IQscore die de meest tradiotionele tests opleveren een prima voorspeller van academisch success. Maar IQ lijkt nauwelijks samen te hangen met andersoortige prestaties zoals een succesvolle carrière. |
|
traditionele intelligentietests, de tests die een iqscore opleveren, concentreren zich vooral op de
|
componentiele component van intelligentie.
|
|
Maar er komt steeds meer bewijs dat de .............. een veel bruikbaarder maatstaf is, met name als men success bij volwassenen wil vergelijken en voorspellen
|
contextuele component een veel bruikbaarder maatstaf is, met name als men success bij volwassenen wil vergelijken en voorspellen
|
|
Volgens Robert sternman is de IQ-score die de meest tradiotionele tests opleveren een prima voorspeller van
|
academisch success.
|
|
Maar IQ lijkt nauwelijks samen te hangen met andersoortige prestaties zoals
|
een succesvolle carrière.
|
|
Sternberg stelt date en succesvolle carierre een bepaald soort intelligentie vereist en die substantieel anders is dan de intelligentie die
|
nodig is voor academisch succes
|
|
Soorten Intelligentie:
|
-praktische intelligentie
intelligentie die voornamelijk verworven is door het observeren en kopiëren van andermans gedrag -emotionele intelligentie het geheel van vaardigheden die ten grondslag ligt aan de accurate inschatting, evaluatie, uitdrukking en regulatie van emoties |
|
-praktische intelligentie
|
intelligentie die voornamelijk verworven is door het observeren en kopiëren van andermans gedrag
Mensen met een grote praktische intelligentie hebben een goede sociale radar. Ze zijn in staat om nieuwe situaties effectief in te schatten en aan te pakken en kunnen mensen en omstandigheden snel doorzien omdat ze gebruikmaken van eerdere ervaringen Een ander soort intelligentie waarbij dit soort mentale vaardigheden een rol speelt heeft te maken met emoties |
|
-emotionele intelligentie
|
het geheel van vaardigheden die ten grondslag ligt aan de accurate inschatting, evaluatie, uitdrukking en regulatie van emoties
Emotionele intelligentie is datgene wat maakt dat sommige mensen goed met anderen overweg kunnen en dat ze begrijpen wat anderen voelen en ervaren, dat ze adequaat kunnen reageren op de behoefte van anderen |
|
Een reden waarom mensen tijdens de vroege volwassenheid productiever zijn dan later is misschien dat
|
de creativiteit na de vroege volwassenheid onderdrukt word door een situatie als vertrouwdheid leidt tot rigiditeit
|
|
Vertrouwdheid leidt tot rigiditeit word beschreven door psycholoog Sarnoff mednick.
hiermee bedoelt hij |
hoe meer mensen over een onderwerp weten hoe kleiner de kans is dat ze op dat terrein creatief zullen zijn. In de vroege volwassenheid zijn mensen creatief omdat de meeste problemen die ze op hun werk tegenkomen dan nog nieuw zijn.
Naarmate ze ouder worden zijn ze meer vertrouwd worden met de problemen en kan hun creativiteit gesmoord worden |
|
Ingrijpende gebeurtenissen kunnen aanzet geven tot cognitieve groei
|
|--kan tot nieuwe inzichten leiden
|
|
Het merendeel van studenten op hogescholen is
|
autochtoon en vrouwen zijn in een lichte meerderheid
Tot 1992 (hbo) en 1997 (wo) vormden mannen de meerderheid |
|
De groei is te verklaren uit de volgende trends
|
· er is grotere vanzelfsprekendheid om te gaan studeren
· emancipatie van vrouwen · toename van aantal allochtone studenten · het aantal ouderen dat gaat studeren |
|
steeds meer studenten zijn ouder als ze gaan studeren
het levenslang leren word door de europese unie gepropageerd. in 1999 werd de zogeheten bologna declaration ondertekend oer hoger onderwijs en inmiddels nemen 47 europese landen deel aan de bologna actielijnen. Mensen gaan steeds meer op oudere leeftijd studeren om |
economische redenen, werkgevers hechten meer waarde aan een graad.
in onze veranderende samenleving is voortdurend scholing en aanpassing erg belangrijk |
|
Daarnaast krijgen mensen als ze ouder worden meer de behoefte om
|
zich te settelen en een gezin te stichten deze attitudeverandering kan hun verlangen naar risicogevol gedrag verminderen waardoor ze zich meer gaan richten op het verwerven van de mogelijkheden om hun gezin te onderhouden
Dit fenomeen word maturation reform genoemd (aanpassing door rijping) |
|
Veel studenten hebben in het eerste studiejaar moeite om zich aan te passen.
De aanpassingsreactie in het eerste jaar is |
een cluster van psychologische syptomen (eenzaamheid, angst, neiging tot terugtrekken, depressie) wat samenhangt met de overgang van de middelbare school naar het hoger onderwijs
Meestal gaat de aanpassingsreactie in het eerste jaar vanzelf over als de betrokkene nieuwe vrienden maakt,goede cijfers haalt en zich aan het studentenleven aanpassen. |
|
Voordelen over en discriminatie van vrouwen horen nog steeds in het hoger onderwijs
Vrouwen met studie wiskunde of techniek of natuurwetenschappen lopen |
meer risico op voortijdig afhaken dan mannen
Sommige gevallen van ongelijke behandeling van vrouwen zijn een voorbeeld van vijandig seksisme een vrouw word bejegend op een manier die openlijk schadelijk is In sommige gevallen zijn vrouwen het slachtoffer van welwillend seksisme Een vorm van seksisme waarbij vrouwen in stereotypen en beperkte rollen worden gedwongen die op het eerste gezicht positief lijken |
|
welwillend seksisme
|
Een vorm van seksisme waarbij vrouwen in stereotypen en beperkte rollen worden gedwongen die op het eerste gezicht positief lijken
|